Afbeelding

Vaststellingsovereenkomst volgens Xella-arrest mag kwijtingsvoorwaarde bevatten


De vaststellingsovereenkomst volgens het Xella-arrest

In het vorige blog is reeds het Xella-arrest besproken (ECLI:NL:HR:2019:1734) dat gaat over de beëindiging van een slapend dienstverband.

 

Uit het Xella-arrest volgt dat een werkgever op grond van goed werkgeverschap ex art. 7:611 BW in beginsel verplicht is om in te stemmen met een voorstel van de werknemer tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden onder toekenning van een vergoeding aan de werknemer ter hoogte van de wettelijke transitievergoeding. De werkgever kan op grond van de Wet compensatie transitievergoeding gecompenseerd worden voor de te betalen transitievergoeding.

 

De kwijtingsvoorwaarde

In de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 14 september 2020 (ECLI:NL:GHARL:2020:7182, klik hier voor deze uitspraak) ging het om de vraag of een werkgever aan het akkoord gaan met het voorstel van de werkneemster tot beëindiging van het slapende dienstverband met wederzijds goedvinden en tegen betaling van een transitievergoeding, de voorwaarde van finale kwijting mocht verbinden. De werkneemster ging niet akkoord met deze kwijtingsvoorwaarde omdat zij naast de transitievergoeding ook nog een billijke vergoeding wenste te ontvangen en daarvoor de weg van art. 7:671c BW (werknemersverzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst) wilde openhouden. De werkneemster verzocht vervolgens dan ook alsnog zelf om ontbinding van haar arbeidsovereenkomst onder toekenning van een billijke vergoeding (art. 7:671c lid 2 sub b BW) en een transitievergoeding (art. 7:673 lid 1 sub b onder 1 BW). Voor toekenning van zowel de billijke vergoeding als de transitievergoeding geldt in dit geval dat sprake moet zijn van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Daarvan was naar het oordeel van het Gerechtshof echter helemaal geen sprake. Het Gerechtshof ging dan ook niet over tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Nu de arbeidsovereenkomst niet was beëindigd, werden de verzoeken om toekenning van een billijke vergoeding en een transitievergoeding eveneens afgewezen.

 

Geen billijke vergoeding bij het aangaan van een Vaststellingsovereenkomst volgens het Xella-arrest

De werkneemster voerde ten slotte nog aan dat haar werkgever in strijd met goed werkgeverschap zou hebben gehandeld door de kwijtingsvoorwaarde in de Vaststellingsovereenkomst op te hebben willen nemen. Het Gerechtshof ging hier niet in mee en oordeelde dat een billijke vergoeding bij het aangaan van een Vaststellingsovereenkomst volgens het Xella-arrest sowieso niet meer in rechte door de werkneemster had kunnen worden verzocht. Zo koppelt het wettelijk stelsel slechts in specifiek in de wet omschreven situaties een billijke vergoeding aan de opzegging, ontbinding of beëindiging van rechtswege van een arbeidsovereenkomst. Door het aangaan van een Vaststellingsovereenkomst, is van een dergelijke situatie echter geen sprake meer. De werkneemster had dan ook gerust akkoord kunnen gaan met de door haar werkgever voorgestelde kwijtingsvoorwaarde in de Vaststellingsovereenkomst. Sterker: de werkneemster had met haar verzoek tot ontbinding zelfs het risico gelopen haar transitievergoeding te verspelen indien de rechter de ontbinding zou hebben toegewezen, maar de transitievergoeding niet omdat geen sprake was van verwijtbaar handelen van de werkgever. 

 

Kortom

Uit het voorgaande blijkt maar weer dat veel onnodig procederen kan worden voorkomen indien u een goed beeld hebt van uw rechten en mogelijkheden. Hebt u hulp nodig bij het opstellen van een Vaststellingsovereenkomst, of bent u werknemer en hebt u van uw werkgever een Vaststellingsovereenkomst ter goedkeuring ontvangen en wilt u weten of deze wel echt recht doet aan uw specifieke situatie, neemt u dan gerust contact met mij op.

 

 

Terug naar het overzicht
AD Advocaten
Roemer Visscherstraat 24
1054 EX Amsterdam

Telefoon 020 61 81 781

Fax 020 68 33 042

Direct contact »
Stel een vraag »